Ziekten en symptomen: Baarmoederkanker (endometriumcarcinoom)

Wat is baarmoederkanker?

Baarmoederkanker is kanker in de baarmoeder. Die kanker groeit over het algemeen langzaam. In België wordt per jaar bij ongeveer 1700 vrouwen baarmoederkanker vastgesteld. De meeste van die vrouwen zijn tussen de 55 en 80 jaar.

Er zijn twee verschillende vormen van baarmoederkanker, namelijk:

  • endometriumcarcinoom: kanker die ontstaat in het slijmvlies (endometrium) binnenin de baarmoederholte;
  • uterussarcoom: kanker die ontstaat uit het bindweefsel of spierweefsel van de baarmoederwand.

De meest voorkomende vorm van baarmoederkanker is endometriumcarcinoom (90 tot 95 %). Uterussarcoom komt veel minder voor (5 tot 10 %).

Baarmoederkanker mag niet worden verward met baarmoederhalskanker. Zowel het ziekteverloop als de behandeling van beide ziekten is verschillend.

Oorzaak van baarmoederkanker

De precieze oorzaak van baarmoederkanker is niet bekend. Wel zijn er een aantal factoren bekend die de kans op baarmoederkanker verhogen, zoals hoge bloeddruk, overgewicht en langdurig oestrogeengebruik.

Symptomen

De meest voorkomende symptomen van baarmoederkanker zijn:

  • (ongewoon) vaginaal bloedverlies – meestal na de menopauze;
  • problemen bij plassen of stoelgang;
  • vermoeidheid;
  • vermageren.

Risicofactoren

  • de gemiddelde leeftijd voor patiënten met baarmoederkanker is 68 jaar;
  • 95 % komt voor na de leeftijd van 50 jaar (postmenopauzaal).

Onderzoek bij baarmoederkanker

De gynaecoloog kan verschillende onderzoeken (laten) uitvoeren om tot een diagnose van baarmoederkanker te komen:

  • inwendig onderzoek;
  • hysteroscopie (kijken in de baarmoeder met een kleine camera);
  • vaginale echografie;
  • CT-scan;
  • MRI;
  • PET-scan;
  • curettage (verkrijgen van weefsel uit de baarmoeder voor onderzoek).

Behandeling bij baarmoederkanker

In de meeste gevallen wordt baarmoederkanker in een vroeg stadium gevonden en volstaat een operatie.

Wanneer baarmoederkanker in een vroeg stadium vastgesteld wordt, kan die operatie bijna altijd laparoscopisch (met kijkoperatie) gebeuren. Daarbij worden de baarmoeder en de eierstokken verwijderd. Afhankelijk van het stadium van de ziekte kunnen ook de lymfeklieren in het bekkengebied en langs de grote lichaamsslagader worden verwijderd. In de meeste gevallen kan het beperkt worden tot verwijdering van de belangrijkste klieren (sentinelklieren).

Wanneer baarmoederkanker pas in een later stadium gevonden wordt, is een uitgebreidere operatie nodig via een snede van de schaamboog tot aan of zelfs boven de navel.

Soms is na de operatie radiotherapie, chemotherapie of een hormonale therapie nodig.

Alle patiënten met baarmoederkanker worden multidisciplinair besproken. Dat wil zeggen dat een heel team van artsen, verpleegkundigen en psychologen samenzit om elke patiënt individueel te bespreken om zo het optimale behandelingsplan op te stellen. Die vergadering vindt tweemaal per week plaats. Zowel voor als na een eventuele operatie wordt uitgebreid overlegd, rekening houdend met de karakteristieken van de kanker alsook met de gezondheidstoestand van de patiënt in kwestie. 

Als genezing onmogelijk blijkt, richt de behandeling zich op het afremmen van de ziekte en/of het verlichten van de klachten (palliatieve behandeling).

Ons team

  • dr. Luc Verkinderen, oncologisch gynaecoloog
  • dr. Jan Hauspy, oncologisch gynaecoloog
  • dr. Sabine Vanderkam, radiotherapeut-oncoloog
  • dr. Ines Joye, radiotherapeut-oncoloog
  • dr. Reinhilde Weytjens, radiotherapeut-oncoloog
  • dr. Luc Dirix, medisch oncoloog
  • dr. Annemie Prové, medisch oncoloog
  • dr. Tom Van den Mooter, medisch oncoloog